Geschiedenis van de Broeders van Huijbergen in Brazilië

Uitzending van broeders naar Indonesië was in 1956 vanwege politieke omstandigheden onmogelijk geworden. De oproep van de paus en contacten met de Franciscaanse Reguliere Derde Orde leidden ertoe, dat op 28 februari 1957 besloten werd een nieuw werkterrein te openen in het binnenland van Brazilië, n.l. Cáceres in de Matto Grosso.

Cáceres (1958 – heden)

23276310

Toespraak Mgr. Biennes te Càceres ca.1960

Op 19 oktober 1957 vertrokken de eerste drie broeders (Pamphilius, Bertrand en Guisseppe) vanuit Antwerpen voor een reis van bijna drie weken naar Sao Paolo. Daar was tot 5 januari 1958 gelegenheid voor een kennismaking met totaal andere vormen van cultuur en religie. Na een reis van drie dagen en een vlucht van 1615 km, kwamen ze op 8 aan in Cáceres. Een maand later ging de school open met 129 leerlingen. Meer dan dertig jaar profiteerde de school van de leiding en de artistieke talenten van Br. Willibrord Feijen.

Bij de nieuwbouw in 1962 werd rekening gehouden met de mogelijkheid voor het geven van vakopleiding (drukkerij en meubelmakerij). Alhoewel een volledige vakschool niet tot stand gekomen is, heeft menigeen in de meubelmakerij het vak geleerd van Br. Lambertus. Ook Br. Bertrand ontwikkelde zich in zijn vak ten dienste van anderen. Het huis van de broeders, de scholen en het hospitaal met vele andere gebouwen in de stad werden door Br. Bertrand en zijn medewerkers gebouwd. Hij besteedde daarbij niet alleen aandacht aan de technische kwaliteiten, maar een gelijkwaardige relatie tussen werkgever en werknemer en een rechtvaardig loon gaven steeds meerwaarde aan zijn werk, waardoor hij ook bij de vakbonden in hoog aanzien stond.

Om afdoende hulp te kunnen bieden aan patiënten met de schurftachtige huidziekte Pênfigo werd, mede op initiatief van Br. Bertrand, in 1972 het initiatief genomen de kliniek “O Bom Samaritano” op te richten.
In samenwerking met o.a. de plaatselijke Rotaryclub werd op 31 augustus 1976 de APAE school opgericht voor kinderen met fysieke en/of mentale beperkingen. Dank zij de steun van verschillende scholen voor buitengewoon onderwijs in Bergen op Zoom, Breda en Oosterhout kon de school uitgebouwd worden en begeleiding bieden aan ± 120 kinderen met ver uiteenlopende afwijkingen. Alhoewel steun van de bevolking en de lokale regering gegarandeerd is, wordt ten behoeve van een professionele aanpak nog steeds gezocht naar sponsors.
De schrijnende pastorale nood en het verzoek van de plaatselijke bisschop waren voor Br. Grignon aanleiding om een pastorale studie te beginnen. Op 14 februari 1982 werd hij tot priester gewijd. Naast de pastorale zorg voor een eig

2043896843

Het eerste huis van de broeders te Càceres 1958
Broeder Bertrand Hereijgers staat bij de deur.

en wijk heeft hij vooral aandacht voor zieken, bejaarden en armen.

De samenleving in Brazilië kent vele eenouder-gezinnen, die meestal bestaan uit een moeder met een of meer kinderen. Om deze moeders de gelegenheid te geven buitenshuis de kost te verdienen, is door Broeder Mauricio in 1992, in samenwerking met de CNEC – een van de grootste vakbonden van Brazilië (een van de grootste vakbonden van Brazilië) een tehuis voor kinderopvang geopend, waar baby’s en kleuters van 7 uur ’s morgens tot 5 uur in de namiddag terechtkunnen. Door middel van een hangmatten-weverijtje is geprobeerd de minimale fondsen aan te vullen.

In een achterstandswijk van Cáceres, Jardin Padre Paulo genaamd, probeerde de stichting Pro Sol sinds de jaren tachtig het gemeenschapsleven en zelfbewustzijn van de bewoners in de wijk verder te ontwikkelen. Br. Victorinus heeft met zijn persoonlijke kwaliteiten dit werk gesteund en kon met behulp van sponsors, zoals de NCB, Wilde Ganzen, Amigos de Cáceres, voldoende steun bijeenkrijgen voor de bouw van een wijkcentrum met een veelvoud van functies.

Formosa (1962 – 1989)

826184293

Kathedraal te Formosa (?) ca.1980

In 1962 wordt een tweede stichting geopend in Formosa met de Brs. Gummarus, Radboud en Philippus als pioniers. Meer broeders (Victorinus, Willibrordus, Mauricio, Pamphilius, Sergius en Clemento) zouden de komende jaren volgen. Er werd hard gewerkt op het ‘Colegio’. Het aantal leerlingen steeg tot over de 1000. Maar ook pastoraal werk in de parochie, het catechetisch centrum en jongeren in de volkswijken kregen aandacht en zorg. Zelfs de lange vakantieperiodes werden gebruikt om de nodige bevoegdheden te halen voor het middelbaar onderwijs. Via een huizenproject konden een 45-tal gezinnen hun eigen woning bouwen. De oprichting van het catechetisch centrum en het radiopastoraat, met Br. Victorinus als leidende kracht, waren andere duurzame initiatieven. Deze ontwikkeling was evenwel niet vrij van tegenslagen. Bij de broeders Radboud en Mauricio werd in 1973 tuberculose geconstateerd. Br. Pamphilius, die erin geslaagd was een gesubsidieerde status voor de school te verkrijgen, kwam om bij een auto- ongeluk in 1975. In 1979 moest Br. Clemento met ademhalingsproblemen terug naar Cáceres en Br. Sergius moest in 1986 terug naar Nederland vanwege de ziekte van Parkinson.

In 1989 werden school, broederhuis en catechetisch centrum overgedragen aan het bisdom en de broeders Victorinus, Radboud en Mauricio voegden zich bij de communiteit in Cáceres.

Goiánia (1966-1974)

Het was de bedoeling om in het stadje Goiánia, gelegen niet ver van de hoofdstad Brasilia, te beginnen met vakonderwijs. Daar de plaatselijke regering toen geen enkele medewerking wilde verlenen aan vakonderwijs voor arbeidersjeugd, werd gestart met een basisschool. In de avonduren werd een cursus opgezet voor voortgezet onderwijs en een alfabetisatie-cursus voor volwassenen. Br. Clemento behaalde bovendien, Cum Laude, een universitaire graad in pedagogie. In 1970 werd begonnen met de middelbare school ‘João XXIII’. De kleine communiteit (Clemento en Pamphilius) kon vanwege stokkende aanwas in Nederland geen nieuwe broeders meer verwachten en, genoodzaakt door het wegvallen van zieke medebroeders, sloten de Brs. Clemento en Pamphilius zich in 1974 aan bij de communiteit van Formosa. De bezittingen van de Congregatie werden aan het bisdom geschonken.

Tefé – Carauari (1976 – 1997)

Op het verzoek van Mgr. Joaquim de Lange om hulp in de Amazones bood Br. Martin zich aan en begon in augustus 1976 zijn werk in het coördinatiecentrum van het bisdom Tefé. Hij droeg daar zijn steentje bij aan het samenstellen van cursussen voor gezinnen, verzorgen van liturgische vieringen en voorbereidingen voor de vorming van basisgemeenschappen. Tevens werd gezocht naar wegen om de rechten van verdrongen Indianen op hun grond erkend te krijgen. In 1981 verhuisde hij naar Carauari aan de bovenloop van de Juruá-rivier en nam daar de pastorale zorg op zich van de afgelegen gemeenschap van rubbertappers in het dorpje Aruàjá. Hij besteedde daar bovendien veel aandacht aan preventieve gezondheidszorg. Daar zijn eigen gezondheid steeds meer aandacht ging vragen, voegde hij zich in 1997 weer bij de communiteit van Cáceres.