Geschiedenis van de Broeders van Huijbergen

Het is wonderlijk te zien hoe bepaalde initiatieven verder groeien in de tijd. Met dankbaarheid en respect voor al degenen die aan het begin stonden van onze Congregatie noemen we de belangrijkste plaatsen waar hun initiatief vrucht gedragen heeft voor de jeugd.

Haar alledaagse naam, de Broeders van Huijbergen, ontleent onze Congregatie aan het dorp Huijbergen. Daar stichtte de Bisschop van Breda, Mgr. J. van Hooydonk, op 25 september 1854 onze broedergemeenschap. De eerste drie broeders vestigde hij in het voormalig klooster van de Wilhelmieten, waar hij reeds een jongensweeshuis in onder had gebracht. De eerste broeders zouden eerst en vooral de zorg voor deze wezen op zich nemen. Om aan de priesteropleiding een betere basis te geven werd in het jaar 1854 in de bestaande gebouwen ook een start gemaakt met het pensionaat `Ste.-Marie’, een internaat voor ‘jongelingen van nette familie’.
De broeders leefden volgens de Leefregel van de Reguliere Derde Orde van Franciscus en Mgr. J. van Hooydonk gaf de broeders hun Constituties. De doelstelling van de broederschap omschreef hij als dienstbaar zijn aan de medemens door het verlenen van opvoeding en onderwijs aan de jeugd, met name de zwakkeren onder hen. Meerderen werden tot dit leven aangetrokken en zo groeide de gemeenschap.

Ontwikkelingen

De eerste decennia stonden de broeders onder leiding van een rector, aangesteld door de bisschop. In 1888 stond de eerste algemene overste aan het hoofd van de broederschap. In 1963 werd onze gemeenschap een Congregatie naar Pauselijk recht en in 1999 werd de gemeenschap gereorganiseerd in drie Provincies, t.w. die van Brazilië, Indonesië en Nederland.

Na 1890 trokken de broeders ook naar plaatsen buiten Huijbergen, zoals Breda, Oosterhout, Bergen op Zoom en Hulst. In Bergen op Zoom werd in 1901 ook met een eigen kweekschool gestart. Bij de keuze voor de scholen in de verschillende plaatsen werd bij voorkeur gekozen voor de zorg voor de allerzwaksten onder de jeugd. In de jaren twintig trokken de broeders ook naar Amsterdam-Zuid en Haaren (N.Br.) Tijdens en na de Tweede Wereldoorlog kwamen daar plaatsen als Ossendrecht, Amstelveen, Nijmegen, Hellevoetsluis, Middelburg en St. Willebrord bij. Allerlei vormen van lager, buitengewoon, voortgezet en hoger onderwijs aan onze scholen en internaten kwamen daarbij aan de orde. Na 1980 zijn vele van onze onderwijsinstellingen in onderscheiden stichtingen ondergebracht.

In 1921 begon de congregatie op uitnodiging van Mgr. P. Bos haar werk op het toenmalige Borneo in Indonesië. De eerste vijf broeders vestigden zich in Singkawang en al snel werd deze nederzetting gevolgd door een tweede convent in Pontianak. Met grote inzet werd gewerkt op het terrein van opvoeding en onderwijs aan de westkust van het huidige Kalimantan. In 1935 werd een derde nederzetting aan de Zuidkust in Banjarmasin begonnen. Na de moeilijke oorlogsjaren traden in de jaren vijftig de eerste Indonesische medebroeders toe tot onze gemeenschap. Momenteel is de grootste provincie van de Congregatie in Indonesië. De broeders zijn er werkzaam in een tiental plaatsen op Kalimantan, Java en Papua. De werken zijn allesbehalve tot het onderwijs beperkt gebleven en momenteel zijn onze medebroeders op tal van andere terreinen dienstbaar.

1957 was het jaar waarin de drie eerste medebroeders naar Brazilië trokken en wel naar Cáceres in de Matto Grosso. De bisschop van deze plaats in het verre binnenland had de congregatie eerst en vooral uitgenodigd voor het geven van onderwijs. In de jaren die volgden deden de broeders dat naar best vermogen in Cáceres (MT), Formosa (GO), Goiania (GO) en Carauari (AM). Ook in Brazilië is de inzet van de broeders niet tot het onderwijs beperkt gebleven. We denken hierbij aan het ziekenhuis “0 Bom Samaritano”, de zorg voor gehandicapten in de “APAE”, de opvang in een crèche voor de allerkleinsten, pastorale zorg in een armenwijk en zorg voor straatkinderen en ouderen.

Toekomstbeeld

In Nederland is in 2020 nog één communiteit met merendeels vergrijsde leden. Het verleden wordt met zorg omgeven in het museum en de archieven. Maar van nog groter belang zijn de religieus geïnspireerde waarden van eenvoud, broederschap en dienstbaarheid die vorm en inhoud hebben gegeven aan het persoonlijke leven van velen. Wij zijn er van overtuigd dat deze waarden ook nu van groot belang zijn voor een menswaardige samenleving.
In 1277 kwamen de monniken van de Wilhelmietenorde om het gebied rond Huijbergen bewoonbaar te maken, toen de grote verschillen tussen arm en rijk, ontwikkeld en ongeletterd de leefbaarheid in gevaar brachten begonnen de broeders van Huijbergen hier hun opvoedingswerk. Ook nu de leefbaarheid van de aarde opnieuw in het gedrang is zijn er mensen die zich, geïnspireerd door hun geloof en een encycliek zoals Laudato si van Paus Franciscus, toegewijd en professioneel in willen zetten. Zo begon in 2019 de samenwerking met de leef-, en werkgemeenschap “De Huijberg”.

In Brazilië werd het aantal communiteiten terug gebracht van drie naar één.  De gemiddelde leeftijd van de drie Nederlandse broeders ligt boven de tachtig en begin mei 2020 zullen zij terugkeren naar het moederhuis in Huijbergen. Omdat er geen kandidaten zijn die het leven van de broeders willen delen wordt het werk dat voor de zwakken in de samenleving is begonnen nu voortgezet in samenwerking met deskundigen en vrijwilligers ter plaatse.

De Indonesische provincie geeft op dit moment de meest vitale indruk. Op een tiental, soms ver uiteen gelegen plaatsen, zetten zij zich op diverse manieren in voor een betere toekomst van de jeugd. De levenswijze als volgeling van Franciscus en geïnspireerd door Maria heeft nog steeds aantrekkingskracht voor de jongeren. Toch is het goed rekening te houden met enkele uitdagingen zoals:

  • Het ontwikkelen van een levenswijze als volgeling van Franciscus en geïnspireerd door Maria met aantrekkingskracht voor jongeren.
  • Dienstbaar blijven aan de zwakken in de samenleving door financiële voorbereidingen te treffen en te ontwikkelen.